Van Renaissance tot heden en mijn persoonlijke weg naar het inkt portret.
Als docent kunst in het middelbaar onderwijs zie ik veel leerlingen worstelen met het maken van een portret of zelfportret. De meest bijzondere creaties worden er gemaakt. Vaak valt er echter nog veel te leren. Waar het vaak mis gaat is bij het gevoel voor plasticiteit; de dieptewerking door middel van licht en schaduw, waardoor het portret vorm krijgt en er een bijna tastbare ervaring met de geportretteerde ontstaat.
Wist je dat de basis van een neus bestaat uit 3 cirkeltjes?
In de basis is een portret tekenen eigenlijk helemaal niet zo ingewikkeld als je zou denken. Enkele simpele trucs geven je al snel een idee over de verhoudingen van een gezicht; inderdaad de ogen zitten niet bovenaan het gezicht en de haarlijn begint niet op het uiterste topje van de schedel. de vorm van de ogen geeft ook maar al te vaak bijzondere resultaten, zeker wanneer en trois quarts wordt gewerkt. Mensen hebben de neiging om af te beelden wat ze weten en niet wat ze zien. Een beetje zoals de Egyptenaren dat vroeger deden. Kennis van het gezicht lijkt echter gemakkelijk, we kijken immers allemaal dagelijks in de spiegel. Echt goed kijken blijkt echter een hele oefening.
Waar komt die interesse voor het portret vandaan?
Vanaf de Renaissance, grofweg de 14e eeuw, is de portretkunst gaan bloeien. Men deed afstand van de middeleeuwse overtuiging van het Memento Mori en richtte zich meer op het hier en nu; op de mens en de aardse omgeving. De enorme rijkdom binnen de hoven moest gevierd worden en voornamelijk getoond ter bevestiging van status en macht. Pluk de dag was dan ook het nieuwe motto. Er werd geld geïnvesteerd in kunstenaars die de hovelingen fier portretteerden. De ene keer in deftig ornaat omgeven door iconografische symbolen. De andere keer als figurant in een historische of Bijbelse voorstelling. Door het opkomende humanisme werd de mens als individueel en uniek wezen gezien en de lichamelijke schoonheid werd wetenschappelijk onderzocht.


De transformatie
In de middeleeuwen was het doel van de kunst om het woord van God te verkondigen. Beelden hadden een puur functioneel karakter; het waren een soort handleidingen in de zoektocht naar het spirituele. En aangezien het spirituele geen lichaam heeft, was het niet van belang om figuren levensecht weer te geven. Om figuren toch enigszins herkenbaar weer te geven werden ze afgebeeld met een karakteristiek voorwerp of andere, steeds terugkerende kenmerken. In de Renaissance werd ineens belang gehecht aan schoonheid en wetenschap en vanwege het aardse karakter moet de kunst vooral in dienst staan van het realisme en later idealisme. De Mona Lisa laat maar al te goed zien hoeveel aandacht geschonken werd aan de echte emotie, de transparantie van de huid en de verfijning van de haarinzet, alsmede de plasticiteit in de vorm van de sfumato-techniek. In de 17e eeuw onderzoekt Rembrandt op velerlei wijze zijn eigen gelaat en probeert er een gevoel van emotie en dynamiek in te plaatsen. Tijdens de romantiek periode begreep men dat het ware doel van de kunst de expressie van de individuele, vaak gekwelde kunstenaar moest zijn en eind 19e eeuw kennen we van Gogh die daar nog eens een schepje bovenop gooit. In de eerste helft van de 20e eeuw realiseert men, mede door de komst van röntgenstralen en de theorieën van Sigmund Freud dat de zichtbare werkelijkheid niet de enige werkelijkheid is en ontstaat er ruimte voor een zoektocht naar de rol van kunst. Brancusi ontrafelt het geheim van de essentie van het portret, wat resulteert in een ei-vormig brons. Jenny Saville geeft in jaren ‘90 het zelfportret weer vlees en bloed en Cindy Sherman onderzoekt of een zelfportret in onze steeds wisselende cultuur eigenlijk wel bestaat.
Mijn weg richting het inktportret
Ontelbaar veel kunstenaars zijn me voorgegaan. Ik ben niet de eerste en niet de laatste die zich specialiseert in het schilderen van portretten. En dat geeft niet, ik geloof dat er plaats is voor iedereen. Ieder schildert op eigen wijze en heeft een andere visie op wat een portret is en hoe het er uit moet zijn. Ik heb me gespecialiseerd in inkt. Een eerlijk, krachtig en duurzaam materiaal. Het stroomt, het is eigenwijs, maar het is te temmen. De juiste balans vinden tussen controle houden en loslaten. Dat is wat mij zo aanspreekt aan oost-indische inkt.
Toch is die liefde voor inkt er niet altijd geweest. Ik kan me nog herinneren dat ik op de middelbare school een opdracht kreeg om met oost-indische inkt een strakke tekening te maken. Met veel te grote penselen, geen strakke hand en een hoop geknoei, pakte ik op het einde een viltstift om alle contouren netjes bij te werken. Dat werd door mijn docent niet gewaardeerd, ik begreep niet waarom. Nu begrijp ik dat zeer zeker wel. De schoonheid van inkt zit onder andere in de moeilijkheid. Het niet kunnen herstellen van je fouten. In het ontwikkelen van een strakke hand. Maar ook in het ontwikkelen van de vrijheid om te genieten van de eigenwijsheid van de stroming.
Na de geboorte van mijn kinderen werd ik echter gedwongen om mijn grote doeken en acrylverf even te laten voor wat ze waren. Ik moest op zoek naar een formaat dat kleiner was. Kunstwerkjes die ik eventueel zelfs aan de keukentafel kon maken. En naar een materiaal wat makkelijker te pauzeren was en even makkelijk weer te hervatten. Ik kwam een portret tegen wat ik maakte tijdens mijn studietijd aan de kunstacademie. Ik had in die tijd wel meer werk gemaakt met inkt, in de stijl van Marlene Dumas, maar dit nooit echt door gezet. Het portret dat ik nu vond was echter een met potlood getekend portret, plaatselijk ingewerkt met inkt, naar aanleiding van het werk van Cecilia Carlstedt. Een werk dat gepubliceerd werd in het boek Wonderland (2004). Ondanks dat de kwaliteit van mijn werk nog veel te wensen over liet, was ik op slag weer geïnteresseerd in het materiaal en de sfeer van dit portret. Ik pakte opnieuw mijn oost-indische inkt er bij en besloot het ditmaal een echte kans te geven. Gelukkig maar. Ik ontdekte een nieuwe liefde.
Ik heb veel geleerd. Langzaam aan vond ik mijn weg in de schilderkunst. En hier zit ik nu, in mijn atelier. Ik kijk om me heen en wordt aangestaard door immense portretten in acryl op doek en door portretten in inkt. Ik heb mijn weg gevonden. Van niet wetend wat te maken naar een duidelijke visie. Van groot naar klein. Van acryl naar inkt. Van iconisch, naar realistisch. Van autonoom naar werken in opdracht. Van imposant naar poëtisch.

Autonoom portret, MadameRuiz

Kindportret, broer en zus, MadameRuiz
Zo voelt elk persoonlijk cadeautje voor jou ook als een persoonlijk cadeautje voor mij.
En wat vind ik het heerlijk. Ik heb al veel mooie mensen mogen portretteren. En elk inkt portret is een cadeautje ter viering van het leven, als troost of ter nagedachtenis. Wat voelt het goed om op creatieve wijze bij te mogen dragen aan andermans wens om een blijvende herinnering te creëren aan de intieme momenten van het leven. Het voelt puur. Ik wordt gewaardeerd om wie ik ben en waar ik goed in ben. Zo voelt elk persoonlijk cadeautje voor jou ook als een persoonlijk cadeautje voor mij.
persoonlijk portret, MadameRuiz
Interesse gewekt voor een inkttekening in opdracht?
Twijfel je nog? Lees dan ook eens de recensies voor MadameRuiz Inkt portret in opdracht en laat je overtuigen door de klanten die jou voor zijn gegaan.
Wil je een portret laten tekenen, maar wil je graag nog even de mogelijkheden op een rijtje? Klik dan rustig door op één van onderstaande links voor meer uitleg over de verschillende keuzes voor een persoonlijk portret en voor voorbeelden van gemaakte inkttekeningen .
Zwangerschapsportret
Geboorteportret
Prematuur portret
Kindportret
Familieportret
Liefdesportret
Huwelijksportret
Herinneringsportret
Handenportret
Hondenportret
Kattenportret
Vogelportret